Noord-Veluwe

Regio

De Noord-Veluwe is de kleinste regio van Gelderland met 244.498 inwoners. De regio strekt zich uit van het Veluwemassief tot het Randmeer en telt 9 gemeenten. In de regio liggen historische Hanzesteden Harderwijk, Hattem en Elburg, het stadje Staverden in de gemeente Ermelo, het kleinste stadje van de Benelux, en 21 landgoederen zoals Klarenbeek en Zwaluwenburg. De voormalige Universiteit van Harderwijk (1648-1811) is een van de vijf oudste universiteiten van Nederland. Gemeenten en het culturele veld werken samen in het Cultuur- en Erfgoedpact Noord-Veluwe. 

In het kort

  • De regio Noord-Veluwe kent een rijke infrastructuur wat betreft aantal bibliotheken en aantal musea: voor beide staat deze regio op plek 1 in vergelijking met andere Gelderse regio’s.
  • Wat betreft aantal bioscopen en erfgoed neemt deze regio een lagere positie in – en ook wat betreft de podiumkunsten lijkt de infrastructuur in deze regio beperkt.
  • Inwoners van deze regio zitten in lijn met het provinciaal gemiddelde wat betreft cultuurdeelname en lidmaatschap en steun.
  • Opvallend is dat inwoners van de regio Noord-Veluwe de waarde van kunst en cultuur minder onderschrijven dan inwoners uit andere regio’s. Ook geven ze een lager cijfer voor het totale Gelderse cultuuraanbod – met name voor jongere inwoners is dit het geval.
  • De werkgelegenheid en bedrijvigheid in deze regio is gering in vergelijking met andere Gelderse regio’s.
  • Door een gebrek aan data van culturele instellingen uit deze regio zijn er moeilijk conclusies te trekken over geldstromen in deze regio als geheel.

Cultureel kapitaal

In dit deel brengen we data over de culturele infrastructuur in de regio Noord-Veluwe in beeld. De regio Noord-Veluwe kent het grootste aantal vestigingen van openbare bibliotheken (inclusief servicepunten) per 100.000 inwoners. Hoewel dit aantal enigszins daalt (van 7,6 vestigingen per 100.000 inwoners in 2018 naar 7,4 vestigingen in 2023), blijft de regio consequent op plek 1 staan in vergelijking met andere regio’s. In absolute aantallen komt de regio met 18 openbare bibliotheekvestigingen in 2022 uit op plek 3 (CBS en KB 2024). Alleen de Groene Metropoolregio en de Achterhoek hebben meer vestigingen van openbare bibliotheken. Gezien de wettelijke verankering van bibliotheekvoorzieningen op gemeentelijk niveau zijn er geen grote verschillen zichtbaar tussen gemeenten in deze regio wat betreft afstand tot een openbare bibliotheek (CBS 2025).

In 2023 | Bron: CBS en KB 2024 (maatwerk)
De gemiddelde afstand (km) van alle inwoners in een gemeente tot een bibliotheek in 2022, berekend over de weg | Bron: CBS 2025


Volgens cijfers van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed kent deze regio een relatief groot aantal musea: in 2023 bevonden zich hier 18 musea (RCE 2024). Bekijken we dit aantal per 100.000 inwoners, dan komt deze regio in vergelijking met andere Gelderse regio’s op plek 1. Inwoners uit Hattem hoefden in 2023 de kleinste afstand af te leggen naar het dichtstbijzijnde museum met een gemiddelde afstand van 1,3 kilometer. Inwoners van de gemeente Oldebroek moesten met een gemiddelde afstand van 4,2 kilometer het verst reizen (CBS 2025). In komende edities hopen we meer inzicht te krijgen in het aanbod van musea op regionaal niveau.

In 2023 | Bron: RCE 2025
In 2023 | Bron: RCE 2025
De gemiddelde afstand (km) van alle inwoners in een gemeente tot een museum in 2023, berekend over de weg | Bron: CBS 2025


Wat betreft erfgoed komt deze regio veelal op een middenpositie terecht in vergelijking met andere regio’s. Ondanks dat deze regio niet het hoogste absolute aantal rijksmonumenten kent van alle regio’s (slechts een 5e plek), komt het met 359 rijksmonumenten per 100.000 inwoners in 2023 op plek 3. Alleen Rivierenland en de Gelderse Stedendriehoek hebben meer rijksmonumenten per 100.000 inwoners. Voor het aantal beschermde stads- en dorpsgezichten per 100.000 inwoners komt deze regio ook uit op plek 3. In absolute aantallen bevonden zich 6 beschermde stads- en dorpsgezichten in deze regio in 2023 (RCE 2024). In komende edities hopen we ook meer inzicht te verkrijgen in erfgoedverenigingen in deze regio.

Klik op de schakelaar 'per 100.000 inwoners' voor een ranking. Rivierenland heeft de meeste rijksmonumenten per inwoner, ruim boven de Groene Metropoolregio die in absolute aantallen meer heeft. | In 2023 | Bron: RCE 2025
Onderstaande gegevens geven de absolute aantallen weer in 2023. | Sinds 2017 is dit aantal voor alle regio's onveranderd | Bron: RCE 2025


Voor de podiumkunsten zijn weinig data beschikbaar die een volledig beeld geven op regionaal niveau (zie stoplichtenmodel). In absolute aantallen bevinden zich in Noord-Veluwe in 2023 geen poppodia die aangesloten zijn bij de VNPF, en één theater- of concertgebouw dat is aangesloten bij de VSCD. Gegevens van Gelderland in Kaart van Poppunt Gelderland laten echter al zien dat er in de verschillende regio’s veel meer podia en festivals zijn die niet inzichtelijk worden met deze data. Het CBS stelt op gemeentelijk niveau wel data beschikbaar over de afstand die inwoners gemiddeld af moeten leggen naar de dichtstbijzijnde locatie voor podiumkunsten (exclusief festivals) en het dichtstbijzijnde poppodium. In vergelijking met andere regio’s valt op dat er minimale verschillen zijn tussen de afstanden die inwoners van verschillende gemeenten afleggen naar een locatie voor podiumkunsten of een poppodium (CBS 2025).

In 2023 en 2024 | Bron: VNPF (maatwerk)
De gemiddelde afstand (km) van alle inwoners in een gemeente tot het dichtstbijzijnde poppodium in 2021, berekend over de weg | Bron: CBS 2025
De gemiddelde afstand (km) van alle inwoners in een gemeente tot de dichtstbijzijnde locatie van podiumkunst in 2021, berekend over de weg | Bron: CBS 2025

De regio Noord-Veluwe kent het laagste aantal bioscopen in vergelijking met andere regio’s in 2024 volgens cijfers van de Nederlandse Vereniging van Bioscopen en Filmtheaters (NVBF). In deze regio bevinden zich in totaal 2 bioscopen. Ook de potentiële capaciteit van deze bioscopen is laag in vergelijking met andere regio’s. Voor het aantal bioscoopstoelen (540 in 2024) als het aantal bioscoopschermen (6 in 2024) komt de regio op respectievelijk een 6e en 5e plek uit in vergelijking met andere regio’s. In komende edities hopen we meer inzicht te verkrijgen in ontwikkelingen over de tijd: die data is tot op heden niet beschikbaar. Inwoners uit gemeente Elburg legden in 2023 de grootste afstand af naar de dichtstbijzijnde bioscoop met een gemiddelde afstand van 17,8 kilometer. Inwoners uit Harderwijk reisden het minst ver met een afstand van 2,3 kilometer (CBS 2025). Dit is ook niet verbazingwekkend aangezien de twee bioscopen uit deze regio zich in Harderwijk bevinden.

In 2024 | Bron: VNBF (maatwerk)
De gemiddelde afstand (km) van alle inwoners in een gemeente tot een bioscoop in 2022, berekend over de weg | Bron: CBS 2025

Sociaal kapitaal

De Noord-Veluwe is, als we naar de resultaten uit de cultuurpeiling kijken, een regio die op het gebied van cultuurdeelname in lijn is met het provinciale gemiddelde. Zo heeft 88% van de inwoners in het afgelopen jaar minstens één culturele activiteit bezocht. Daarnaast heeft 79% van de inwoners een culturele hobby beoefend – als we gamen, de populairste vorm van cultuurbeoefening, daarbij niet meetellen heeft 64% van de inwoners een culturele hobby beoefend. Van de cultuurbeoefenaars uit de Noord-Veluwe doet 23% dit in groepsverband. 36% van hen heeft in het afgelopen jaar een of meerdere lessen gevolgd. Ook heeft 70% van de mensen minstens één erfgoedlocatie bezocht, en deed 38% van de inwoners uit de Noord-Veluwe aan erfgoedbeoefening.

Ook rondom lidmaatschap en steun zien we een relatief gemiddeld beeld: 20% van de inwoners was in het afgelopen jaar lid van een culturele organisatie en 33% van de inwoners heeft de cultuursector gesteund, bijvoorbeeld door onbetaald werk te verrichten (13%).

Over de beschikbare voorzieningen geeft 82% van de inwoners aan dat er (ruim) voldoende voorzieningen zijn voor hun culturele en creatieve activiteiten, 85% beoordeelt dit ook zo rondom erfgoed. De Gelderse monumenten worden tot slot door 65% van de inwoners als belangrijk gezien voor de Gelderse identiteit.

In bovenstaande percentages en bevindingen wijkt de Noord-Veluwe niet statistsich significant af van de andere regio’s. Toch zien we ook enkele aspecten waarop de Noord-Veluwe verschilt van de andere regio’s en het provinciale beeld. Zo zien we dat inwoners van de Noord-Veluwe een statistisch significant lager rapportcijfer aan het totale Gelderse cultuuraanbod geven: een 7,2, waar dat provinciaal gezien een 7,4 is. Hierbij valt op dat jongeren in deze regio het aanbod statistisch significant lager beoordelen dan hun oudere regiogenoten. Zo geven jongeren uit de Noord-Veluwe (vergeleken met hun regiogenoten) een lager rapportcijfer voor het totaal van het cultuuraanbod (6,7 tegenover 7,5 gemiddeld), zichtbaarheid (6,1 tegenover 7,1 gemiddeld), kwaliteit (7 tegenover 7,5 gemiddeld) en diversiteit (6,9 tegenover 7,4 gemiddeld). Mensen van 40 t/m 64 jaar geven juist een hoger rapportcijfer voor het totaal van het cultuuraanbod (7,5), en met hen geven ook de ouderen een hoger rapportcijfer voor de zichtbaarheid.

Ook zien we dat middelbaar opgeleiden uit de Noord-Veluwe een lager rapportcijfer geven voor het totaal aan het cultuuraanbod en voor de zichtbaarheid van het cultuuraanbod, dan hun regiogenoten.

Daarnaast valt met name op dat, in zeven van de acht stellingen over de waarde van (deelnamevormen van) kunst, cultuur en erfgoed, deze waarde minder onderschreven wordt dan in andere regio’s – zowel waar het beoefening als bezoek betreft, en zowel over de waarde voor het eigen leven als voor de samenleving. Dit is vooral terug te zien in het relatief hoge percentage mensen dat ‘oneens’ heeft aangevinkt bij deze stellingen – dit percentage is over de stellingen heen zo’n 5 à 10 procentpunt lager dan het provinciale gemiddelde. Het grootste verschil (10 procentpunt) zien we bij de waarde van cultuurbezoek voor het eigen leven – 45% van de inwoners van Noord-Veluwe is het oneens met de stelling dat cultuurbezoek een belangrijk onderdeel van diens leven vormt. Dit zien we ook terug in de betalingsbereidheid voor cultuurbezoek – die ligt (evenals in Rivierenland) lager dan het provinciaal gemiddelde. De mate waarin men cultuurbeoefening belangrijk vindt voor het eigen leven is wél in lijn met het provinciale beeld.

Naast deze bevinding rondom de waardering van kunst, cultuur en erfgoed in Noord-Veluwe, zijn er ook enkele praktische bevindingen. Zo blijken erfgoedbeoefenaars dit, vaker dan in andere regio’s, in groepsverband te doen (34% van hen, vergeleken met 23% in de hele provincie). Daarbinnen zijn zij opvallend veel in informele groepen actief (20%, vergeleken met 13%). Daarnaast zien we dat een kleiner percentage van de inwoners het afgelopen jaar geld gegeven heeft aan een culturele organisatie (12%, vergeleken met 17% als provinciaal gemiddelde).

Economisch kapitaal

Gemeentelijke cultuuruitgaven

Het CBS geeft op basis van landelijk beschikbare bronnen inzicht in de gemeentelijke cultuuruitgaven, met een uitsplitsing naar verschillende domeinen zoals musea, podiumkunsten en media, naast het totaalbeeld. Het onderzoek is gebaseerd op aanvullende uitvragen rond de jaarrekeningen van gemeenten en provincies (Iv3-data). Onderstaande indicatoren zijn ook te vinden in het dashboard, waar je per gemeente en per regio de uitgaven aan cultuur kunt bekijken. Daarnaast biedt het de mogelijkheid om specifieke gemeenten met elkaar te vergelijken op andere domeinen.

Gemeentelijke cultuurlasten in Gelderland in 2023 | Bron: CBS 2024
In 2023 | Bron: CBS 2024
In 2023 | Bron: CBS 2024

Culturele Atlas

In de Culturele Atlas presenteren we recente cijfers over de financiële situatie van culturele instellingen in de regio Noord-Veluwe. We laten zien hoe inkomsten en subsidies zich tot elkaar verhouden en geven inzicht in de personele en totale lasten. Voor deze analyse hebben we gegevens uit jaarverslagen en jaarrekeningen van 151 culturele instellingen in Gelderland verzameld over de periode 2021-2022. Deze methode sluit aan bij landelijke en regionale cultuurmonitors, zoals in Brabant en Zeeland.

De Culturele Atlas vormt hierbij een aanvulling en verdieping op landelijk beschikbare data. Zo geven de cijfers van het CBS inzicht in de gemeentelijke cultuuruitgaven, uitgesplitst per domein, maar bieden ze geen beeld van de verhouding met overige inkomsten en personele lasten. Op landelijk niveau kunnen we hiervoor gegevens van brancheverenigingen benutten, maar op gemeentelijk niveau is dat (vooralsnog) niet mogelijk. De Culturele Atlas is dus maatwerk en speciaal ontwikkeld voor deze monitor, zodat we per regio een scherper inzicht bieden in de financiële dynamiek van de culturele sector.

Eigen inkomsten

In 2021 is er 2 miljoen euro aan eigen inkomsten, waarvan 1,2 miljoen euro aan publieksinkomsten (62%). In 2022 is dat respectievelijk 3 miljoen euro in totaal en 1,8 miljoen euro aan publieksinkomsten (60%). Het aandeel sponsoring is opnieuw bescheiden, rond 0,5% in beide jaren. Vooral de musea en de centra voor de kunsten (CKE’s) en bibliotheken hebben grote aandelen in de eigen inkomsten: zo’n 37% in 2021 en 2022 bij de musea en 45% in 2021 en 32% in 2022 bij de CKE’s en bibliotheken. De laatste groep instellingen heeft ook een hoog aandeel publieksinkomsten op het totaal (rond de 85% in beide jaren). Bij de musea neemt dit aandeel toe van 30% in 2021 naar 41% in 2022.

Subsidies

In 2021 hebben de culturele instellingen uit de regio Noord-Veluwe voor circa 5,5 miljoen euro subsidies gekregen. In 2022 is dat 5,9 miljoen euro. De subsidies komen merendeels van de gemeente: 4,7 miljoen in 2021 (86%) en 4,8 miljoen in 2022 (81%). De CKE’s en bibliotheken hebben grote aandelen in de subsidies: 72% in 2021 en 71% miljoen in 2022. Dit is duidelijk hoger dan in andere regio’s, maar hier wreekt zich de selectiviteit van de instellingen waarover wij data hebben (vooral musea en veel CKE’s en bibliotheken).

Lasten

In 2021 zijn de totale lasten van de instellingen 7,5 miljoen euro waarvan 3,8 miljoen personeelslasten (51%). In 2022 is dat 8,7 miljoen euro totaal waarvan 4,6 miljoen euro aan personeelslasten (53%). Nu wijken de cijfers niet af van die uit de andere regio’s. Voor de categorieën instellingen waarover we data hebben zijn de jaren 2021 en 2022 zo goed als gelijk wat betreft aandeel personeelslasten in de totale lasten: rond 40% bij musea, 50% bij CKE’s en bibliotheken en 72% bij overige. 

Rato inkomsten/ subsidies

De eigen inkomsten maken in 2021 37% uit van de verkregen subsidies, ofwel voor elke euro subsidie verdienen de instellingen zelf 37 eurocent. In 2022 is de verhouding 51%. De musea verdienen beduidend meer: respectievelijk 248% 2021 en 316% in 2022 ofwel bijna 2,5 euro tegen een euro subsidie in 2021 en 3,16 euro in 2022. De rato eigen inkomsten en subsidies voor CKE’s en bibliotheken is bescheiden met 23% in beide jaren.

Werkgelegenheid en bedrijvigheid – CBS Microdata

Bedrijvigheid in de creatieve sector in Noord-Veluwe

De creatieve sector in Noord-Veluwe omvat 1.600 bedrijfsvestigingen in 2022 – waarvan er 660 in de subsector Kunsten en cultureel erfgoed vallen. Deze 660 bedrijfsvestigingen beslaan 3% van het totaal aantal bedrijfsvestigingen in alle sectoren in de regio. Er zijn 6,6 bedrijfsvestigingen in de creatieve sector per 1.000 inwoners en 2,7 in de subsector Kunsten en cultureel erfgoed. Wanneer we een rangorde maken van de zes Gelderse regio’s, staat Noord-Veluwe op de laatste plek (6), waar het het aantal bedrijfsvestigingen in zowel de creatieve sector als de subsector Kunsten en cultureel erfgoed, per hoofd van de bevolking betreft. Als context: als we naar álle bedrijfsvestigingen in alle sectoren per hoofd van de bevolking kijken, staat Noord-Veluwe op plek 5.

In 2022 | Per Regio | Maatwerk CBS Microdata door PON & Telos
In 2022 | Per Regio | Maatwerk CBS Microdata door PON & Telos

Werkgelegenheid in de creatieve sector van Noord-Veluwe

Er zijn 950 banen in 2022 in de creatieve sector van Noord-Veluwe, waarvan 440 in de subsector Kunsten en cultureel erfgoed. Per hoofd van de bevolking zijn dit 3,9 banen in de creatieve sector per 1.000 inwoners, en 1,8 banen in de subsector Kunsten en cultureel erfgoed per 1.000 inwoners. De 950 banen in de creatieve sector bestaan uit 620 VTE’s – de subsector Kunsten en cultureel erfgoed beslaat 260 VTE’s. Noord-Veluwe staat qua het aantal banen én het aantal VTE’s in de creatieve industrie op de laatste plaats (6) in een rangordening van de Gelderse regio’s. Waar het de subsector Kunsten en cultureel erfgoed betreft staat Noord-Veluwe op plek 4 wat betreft het aantal werkenden, en op plek 5 waar het gaat het aantal VTE’s in deze subsector.

Naast de werkenden in de creatieve sector, zijn er ook zzp’ers actief. In 2022 zijn er 1.210 zzp’ers actief in de creatieve sector, waarvan 480 in de subsector Kunsten en cultureel erfgoed. Dit zijn 5,0 zzp’ers in de creatieve sector per 1.000 inwoners en 2,0 zzp’ers per 1.000 inwoners in de subsector Kunsten en cultureel erfgoed. In een rangordening staat Noord-Veluwe qua aantal zzp’ers per hoofd van de bevolking, in zowel de creatieve industrie als in de subsector Kunsten en cultureel erfgoed, op plaats 6.

Meer weten?

Bekijk het dashboard voor alle indicatoren op regionaal niveau.

Literatuur

CBS (2024) ‘Detaillering cultuurlasten gemeenten en provincies, 2023‘. Op: www.cbs.nl, 11 november 2024.

CBS (2025) ‘Nabijheid voorzieningen; afstand locatie, regionale cijfers‘. Op: www.cbs.nl, 28 maart.

CBS en KB (2024) ‘Dashboard Bibliotheekstatistiek (Gegevenslevering Wsob)’. Op: www.bibliotheeknetwerk.nl.

RCE (2025) De Erfgoedmonitor. Op: www.erfgoedmonitor.cultureelerfgoed.nl.

Nieuwe editie Cultuur- en Erfgoedmonitor Gelderland beschikbaar!

Graag presenteer ik u de tweede editie van de Cultuur- en Erfgoedmonitor Gelderland. Én erfgoed dus. Want de Cultuurmonitor uit 2022 gaf inzicht in het cultuurveld, dit jaar hebben we ook erfgoed onder de loep genomen. Want cultuur en erfgoed dragen bij aan immateriële welvaart en identiteit.

Deze tweede monitor geeft een rijk beeld van hoe cultuur en erfgoed er in onze provincie voor staan. Wat is het aanbod aan musea, bibliotheken en culturele instellingen? Hoe worden ze bezocht? Hoe zijn ze verankerd in de samenleving? Hoe worden cultuur en erfgoed gefinancierd? En hoe staat het met het aantal studenten aan culturele opleidingen?

Nieuw dit jaar is dat we per regio kunnen zien hoe het culturele leven zich ontwikkelt. Zo maken we de verschillen én overeenkomsten tussen regio’s in Gelderland zichtbaar. En dat is waardevol, want iedere Gelderse regio heeft zijn eigen verhaal en identiteit. Door die eigenheid te erkennen én te versterken, bouwen we aan een provincie waar cultuur en erfgoed dichtbij zijn en iedereen zich thuis voelt.

De inzichten uit deze monitor helpen ons – samen met gemeenten, instellingen en makers – om gericht te investeren in een culturele infrastructuur die stevig staat én meebeweegt met wat er leeft in de samenleving. Ik nodig u van harte uit om met deze kennis aan de slag te gaan.

Peter Drenth, gedeputeerde provincie Gelderland