Inleiding
Bij het uitvoeren van het Nederlandse cultuurbeleid zijn lokale overheden van groot belang. Gemeenten zorgen voor de financiering van plaatselijke en regionale voorzieningen zoals
Recente ontwikkelingen onderstrepen deze noodzaak. De culturele sector en lokale overheden waarschuwen voor een ‘ravijnjaar’ in 2026, wanneer tijdelijke coronasteunmaatregelen aflopen en reguliere financiering nog niet voldoende is geregeld. Wanneer gemeenten door begrotingstekorten keuzes moeten maken, dreigt dit een grote impact te hebben op de inkomsten van culturele instellingen, makers en projecten. Berenschot wijst erop dat de financieringsmix van cultuur onder druk staat (Vinkenburg 2024). De voornaamste reden daarvoor is dat het regeringsbeleid voorziet in een korting op zowel het provinciefonds (14% tussen 2023 en 2025) als op het gemeentefonds (6% in diezelfde periode). Dit betekent dat de bezuinigingen op cultuur voor provincies minimaal 14% en voor gemeenten minimaal 6% zullen bedragen. Door het ontbreken van een
Het is belangrijk om de investeringsstromen te monitoren, zodat deze inzichten ook toekomstig beleid kunnen voeden en de sector kunnen ondersteunen bij de voorziene bezuinigingen in de komende periode.
Provinciale cultuuruitgaven
Kerncijfers provinciale uitgaven
Gemeenten en provincies zijn een belangrijke schakel in de financiering van het culturele veld. Uit onderzoek van het CBS blijkt dat de provincies landelijk in 2019 samen 348 miljoen euro (20 euro per hoofd van de bevolking) bijdroegen aan cultuur (inclusief bibliotheken en lokale media). De opgetelde provinciale cultuuruitgaven daalden in de daaropvolgende coronajaren 2020 en 2021 naar 325,5 miljoen euro, maar stegen in 2023 weer tot ruim 368 miljoen euro (21 euro per hoofd van de bevolking) (CBS 2024).
Ook in Gelderland lopen de provinciale cultuuruitgaven terug. Nadat ze in 2019 tot 54,5 miljoen euro waren gestegen (ofwel 26,30 euro per hoofd van de bevolking), herstellen ze echter niet na de coronajaren 2020 en 2021 zoals we dat landelijk zien. De uitgaven van de provincie Gelderland blijven zelfs verder teruglopen: van 46,8 miljoen euro in 2020 en 42,9 miljoen euro in 2021, naar 39,7 miljoen euro in 2023 (CBS 2024). Daarmee wijkt de provincie af van de andere provincies, die bijna allemaal weer een stijging zien in hun uitgaven en is het de enige provincie die minder aan cultuur uitgeeft dan in 2017. Dit is deels te verklaren door de herijking van de provinciale begroting in 2022, waarbij minder geld beschikbaar werd gesteld voor
Daarbij moet worden opgemerkt dat Gelderland in 2023 nog altijd op de 4e plek staat waar het gaat om provinciale uitgaven aan cultuur. Het grootste gedeelte van deze provinciale uitgaven investeert Gelderland in 2023 in cultureel erfgoed en bibliotheken. De provincie Gelderland investeert zelfs meer dan elke andere provincie in haar bibliotheken.
Kijk in het dashboard voor meer cijfers over deze en andere posten binnen de provinciale investeringen voor cultuur.
Gemeentelijke cultuuruitgaven
Kerncijfers gemeentelijke uitgaven
Waar de provinciale cultuuruitgaven landelijk een dalende trend laten zien, zien we een toename in de gemeentelijke cultuuruitgaven tussen 2019 en 2023. Nederlandse gemeenten droegen in 2019 samen 1,9 miljard euro aan cultuurinvesteringen, in 2023 is dit met 400 miljoen opgeklommen tot bijna 2,3 miljard (127 euro per inwoner), een stijging van 18% (CBS 2024).
Ook Gelderse gemeenten zijn tussen 2019 en 2023 meer in cultuur gaan investeren: hun gezamenlijke cultuuruitgaven stegen met 19%, van 176,8 miljoen euro (85 euro per inwoner) in 2019 naar 211,2 miljoen euro in 2023 (99 euro per inwoner). Ondanks dat deze stijging hoger ligt dan het landelijke gemiddelde, geven Gelderse gemeenten per inwoner duidelijk minder uit dan het gemiddelde van 127 euro en staat het op de een na laatste plaats in vergelijking met de andere provincies (CBS 2024).
Grotere Gelderse gemeenten stuwen culturele uitgaven
De gemeentelijke cultuuruitgaven in Gelderland worden in belangrijke mate gedragen door
Gelderse gemeenten investeren het meeste in
Meer gegevens over de detaillering van de gemeentelijke cultuuruitgaven zijn te vinden in het dashboard.
Rijksgelden cultuur
Kerncijfers rijksgelden cultuur
Naast financiering vanuit lokale overheden zijn er ook meerjarige en projectsubsidies vanuit de Rijksoverheid, via de culturele Basisinfrastructuur (BIS), de Erfgoedwet en via de rijkscultuurfondsen. De meerjarige subsidies worden verleend in planperiodes van vier jaar, waarbinnen de toegekende subsidies over het algemeen niet substantieel wijzigen. Alles bij elkaar is er in de afgelopen jaren een gestage stijging aan BIS-subsidies en investeringen vanuit de Erfgoedwet aan Gelderse culturele instellingen te zien. De in vergelijking kleinere subsidiestroom via de rijkscultuurfondsen is stabiel gebleven.
Op landelijk niveau werd er in 2020 367,7 miljoen via de BIS en de Erfgoedwet geïnvesteerd, waarna in de opvolgende planperiode 2021-2024 deze investeringen stegen tot 444,5 miljoen euro in 2022. Dat is nog exclusief 25,3 miljoen euro aan coronasteun in 2022, die in 2021 nog meer dan het dubbele bedroeg met 53,3 miljoen euro. In deze planperiode zijn er acht Gelderse culturele instellingen vertegenwoordigd in de BIS en krijgen vier Gelderse musea geld via de Erfgoedwet. Samen werden zij in 2022, nog afgezien van eventuele coronasteun, voor 53,9 miljoen euro (25,60 euro per hoofd van de bevolking) ondersteund (Rijksoverheid 2024). Dat ligt iets onder het landelijke gemiddelde van 26,70 euro per inwoner aan bijdragen vanuit de BIS en de Erfgoedwet. Vanaf 2017 zijn deze meerjarige investeringen elk jaar gestegen, waarbij Gelderland meestal net iets onder het landelijke gemiddelde per inwoner zit. In de nieuwe planperiode 2025-2028 is Gelderland met 9 instellingen in de BIS vertegenwoordigd (Bruins 2024).
De bijdragen uit de rijkscultuurfondsen blijven in Gelderland gelijk
Ook vanuit de zes rijkscultuurfondsen worden culturele organisaties ondersteund, soms op projectmatige basis, maar ook op structurele basis met
Op landelijk niveau zijn de totaal toegekende bedragen voor meerjarige subsidies van de gezamenlijke rijksfondsen tijdens de coronaperiode substantieel gestegen. In 2019 ging het, exclusief Caribisch gedeelte van het Koninkrijk, nog om 53,9 miljoen euro (3,12 euro per hoofd van de bevolking), in 2022 was dit opgelopen tot 72,2 miljoen euro (4,07 euro per hoofd van de bevolking). In Gelderland bleven de bijdragen echter redelijk gelijk in deze periode: in 2019 ontvingen instellingen in de provincie 2,2 miljoen euro (1,08 euro per inwoner) en in 2022 2,6 miljoen euro (1,22 euro per inwoner) (Rijksoverheid 2024). In vergelijking met andere provincies blijft Gelderland daarmee op de 10e plek staan, net als in 2019.
Eigen inkomsten
Groei in eigen inkomsten bibliotheken
In 2023 behaalden Gelderse bibliotheken een totaal aan eigen inkomsten van gebruikers, los van subsidies en bijdragen van de gemeenten, van ruim 9,5 miljoen euro, wat een stijging betekent ten opzichte van eerdere jaren (8,9 miljoen euro in 2022 en 8,7 miljoen euro in 2021) (CBS en KB 2024). Wel is duidelijk dat de bibliotheken nog niet hersteld zijn na de coronaperiode. In absolute aantallen behoort de provincie Gelderland van 2015 tot en met 2021 steeds tot de top 3, in 2022 zakt de provincie af naar plaats 5 en staat de provincie in 2023 op plaats 4. Per hoofd van de bevolking staat de provincie Gelderland in de lage middenmoot.
Kaartverkoop (recette) bioscopen en filmhuizen
De eigen inkomsten (kaartverkoop) van Gelderse bioscopen bedragen in 2023 ongeveer 33,3 miljoen euro. Dit is hoger dan in de drie voorgaande jaren, en bijna weer op het niveau van 2019 (34,3 miljoen euro), wat een recordjaar voor de bioscopen was (zowel landelijk als in Gelderland). Belangrijke kanttekening is dat 2023 het eerste jaar was sinds de coronacrisis dat bioscopen en filmtheaters weer op alle dagen bezoekers konden ontvangen (VNPF 2024).
In absolute cijfers staan de Gelderse bioscopen in 2023 landelijk op de vierde plaats. Per hoofd van de bevolking behoort de positie van de kaartverkoop van Gelderse bioscopen echter tot de middenmoot, wat overeenkomt met het gemiddelde aantal bioscoopbezoeken per inwoner in de provincie.
Eigen inkomsten musea
In 2023 hebben de Gelderse musea samen 50 miljoen euro aan eigen inkomsten gegenereerd, los van subsidies en overheidsbijdragen (CBS 2025). Dit plaatst Gelderland landelijk op de derde plaats, na Noord-Holland (212 miljoen euro) en Zuid-Holland (151 miljoen euro). Deze positie is door de jaren heen stabiel gebleven. De Gelderse musea hebben, in tegenstelling tot die in Noord-Holland, inmiddels
Meer weten?
Bekijk het dashboard voor alle indicatoren over de verschillende geldstromen en bekijk de pagina Economisch Kapitaal voor meer context.
Literatuur
Bruins, E. (2024) Cultuursubsidies 2025-2028. Tweede Kamer 32820, nr. 526, bijl. 2.
CBS (2024) ‘Detaillering cultuurlasten gemeenten en provincies, 2023‘. Op: www.cbs.nl, 11 november 2024.
CBS (2025) Musea, naar provincie, registratie, aard collectie en grootte 2015-2023. Op: www.cbs.nl, 14 januari.
CBS en KB (2024) ‘Dashboard Bibliotheekstatistiek (Gegevenslevering Wsob)’. Op: www.bibliotheeknetwerk.nl.
NVBF (2024) NVBF Jaarverslag 2023. Amsterdam: NVBF.
Provincie Gelderland (2024) Beleidskader Erfgoed en Cultuur . Arnhem: Provincie Gelderland.
Reyners, S., J. Zuidema, R. van Vlugt (2024) Financieel beeld provincie Gelderland. Arnhem: Deloitte.
Rijksoverheid (2024) Jaarverslag rijksfinanciën 2023: VIII Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Op: www.rijksfinancien.nl.
Vinkenburg, B. (2024) Impact van regeringsbeleid op cultuurfinanciering. Utrecht: Berenschot.